Gods wegen zijn ondoorgrondelijk, zeggen ze weleens. Ik geloof dat hetzelfde geldt voor de beweegredenen van katten. Dat dacht ik toen ik op een zaterdagochtend een blik uit het raam van mijn achterdeur wierp en op het stoepje bij de deur een dode muis zag liggen. Ik wist meteen dat dit een kat moest zijn geweest, omdat in onze buurt veel katten rondlopen en sommige er een plezier in scheppen om te liggen soezen in de zon op dat stoepje bij mijn achterdeur.
De muis was, afgezien van zijn dood, ongehavend. Hij lag daar, ik kan niet anders zeggen, muisstil in zijn gave fluwelen velletje, met zijn schattige kleine oortjes en zijn dunne, regenwormachtige staart. Door zijn onnatuurlijke houding, namelijk liggend op een zij met uitgestrekte pootjes, wist ik dat hij dood was. Die muis kon daar niet blijven liggen. Nu was hij nog heel, maar binnen niet al te lange tijd zou hij beginnen te rotten en stinken, zo stelde ik me voor. Dat mocht hij wat mij betreft gerust doen, maar niet bij mijn achterdeur. Dat vond ik nogal onsmakelijk.
Ik had de muis kunnen begraven, maar ik had geen spade en ik was lui. Ik wilde gewoon wat rondhangen in mijn pyjama en badjas en koffiedrinken. Ik zag het niet zitten om in alle vroegte een gat te gaan graven met… ja wat? Een lepel, bij gebrek aan beter? En dus opende ik de achterdeur, pakte de muis, licht walgend, bij zijn staart en gooide hem een stuk verderop in het gemeenteplantsoen dat aan mijn achterdeur grenst. Daar mocht hij zijn verrotte gang gaan en dienen als voeding voor plant, dier en insect. Wat uit de aarde is voortgekomen, zal er ook weer naar terugkeren.
Ik moet zeggen dat ik het, met mijn onderricht in sjamanistische praktijken, wel een beetje oneerbiedig van mezelf vond om zo met deze muis om te gaan. Had ik hem niet gewoon moeten begraven, contact maken met zijn spirit, vragen of hij healing nodig had en hem die ook geven zodat hij in vrede verder kon gaan? Zo heb ik het wel geleerd. Maar het was zaterdagochtend en ik had er gewoonweg geen zin in. Dat gaf me een beetje knagend schuldgevoel, wat in dit geval ook wel toepasselijk was.
Wat kwam deze muis me vertellen, vroeg ik me af. Grappig genoeg speelt de muis sinds kort een rol in mijn leven. Ik heb namelijk nogal veel last van angst. Angst die me verlamt, beperkt en doet uitstellen. Ik kreeg van iemand de tip om me die angst voor te stellen als een diertje dat op mijn schouder zit. Ik vind het toepasselijk me mijn angst voor te stellen als een bang muisje dat constant in mijn oor piept hoe bang het is en wat er allemaal mis kan gaan. Vervolgens, werd me verteld, moet ik de dialoog aangaan met dit bange muisje. Luisteren naar wat het te zeggen heeft en het geruststellen. En als dat niet lukt, zeggen: ‘Ik hoor je, ik weet dat je bang bent, maar toch gaan we zus en zo doen. Je bent niet alleen, we doen het samen.’ En gek genoeg werkt dat. Ik vind mijn angst niet langer irritant of dat het er niet mag zijn. Als ik het me voorstel als een klein bang muisje vind ik het schattig en kan ik compassie hebben voor dat deel van mezelf.
De muis die bij mijn achterdeur lag, was dood. Dood staat voor transformatie. Misschien sterft mijn angst uiteindelijk af, of ondergaat hij op zijn minst een transformatie. En ben ik dus op de goede weg door de dialoog aan te gaan met mijn angst. Dat vond ik een bemoedigende gedachte en een mooi seintje van Spirit (of God of de Grote Obserkater). Dankbaar nam ik het in me op. En gooide daarna het bemoedigende seintje in het plantsoen. Sorry Spirit!
Al snel verdween het voorval naar de achtergrond. Ik ging verder met mijn dag en met de rest van het weekend en dacht er niet meer aan. De maandag daarna had ik een healing op het programma staan. Er kwam een vrouw bij me die zei veel angst te ervaren. Nee maar, dat kwam me als mede-angsthaas (of -muis) bekend voor! Tijdens de healing zag ik dat haar angst was doorgegeven via de familielijn van haar vader. Er was iets met oorlog, verlies, vluchten en het kwijtraken van een huis. Dat gaf een ontheemd, ontworteld gevoel. Na de healing vertelde de vrouw me dat haar opa in de oorlog krijgsgevangene is geweest en ook dat hij een bedrijf en huis verloren heeft. Na de oorlog hadden ze het een stuk slechter dan ervoor. Haar vader, die ten tijde van de oorlog nog heel jong was, heeft de hongerwinter meegemaakt en heeft dus in die zin een onveilige start gehad. Geen wonder dat zij de gevolgen van dit alles nog steeds ervaart in haar leven.
Wortelen en bomen kwamen steeds terug tijdens de healing. Ik heb haar goed geworteld in de aarde, boomenergie in haar systeem gebracht en ook haar opa een healing gegeven. Want deze ziel ervaarde nog steeds verlies en ontheemding. Na afloop zei ze zich rustiger en meer geaard te voelen en namen we afscheid.
In een blije stemming verliet ik daarna het huis, want ik moest nog wat boodschapjes doen. Een healing geven geeft me altijd een heerlijk en dankbaar gevoel. Ik wandelde rustig naar de winkel en genoot onderweg van de zon, het groen en alles wat in bloei stond. Op de terugweg keek ik op mijn telefoon en zag dat ik mail had ontvangen van de vrouw. Waarom zou ze me zo snel gemaild hebben, vroeg ik me af. Ze was nog maar net vertrokken. Ik las haar bericht dat ongeveer als volgt ging:
‘Ik liep net naar mijn auto en zag iets op de motorkap liggen. Eerst dacht ik dat het een blaadje was, maar toen ik dichterbij kwam, zag ik dat het een dode muis was. Hoe komt die daar? Ik vind het nogal luguber.’
Ik wist meteen dat het om ‘mijn’ muis ging. Die ene die ik zo achteloos in het plantsoen gegooid had. Wat was dit voor ko(s)mische grap? Wilde het universum hiermee zeggen dat ik mijn rommel fatsoenlijk op moest ruimen? Dat hetgeen je niet opruimt en begraaft weer opduikt op de meest onverwachte plaatsen? Opnieuw werd ik overvallen door schuldgevoel. Omdat ik te beroerd was geweest om die muis te begraven, lag hij nu op de motorkap van een van mijn cliënten. Iemand die net een healing bij me had gehad, met een goed gevoel op huis aan wilde gaan en dan zoiets aantrof.
Toch frappant dat die muis op haar auto lag, net na een healing. De muis had niet alleen boodschappen voor mij, maar ook voor haar. Anders was hij niet bij haar opgedoken. Zodra ik thuis was, wilde ik een mailtje terugsturen. Zij had inmiddels nog een keer gemaild:
‘Ik heb er nog eens over nagedacht en het is natuurlijk een kat geweest. Katten laten wel vaker ‘cadeautjes’ achter voor mensen. Ik heb dus een cadeautje gekregen!’
Ik was blij dat ze het zo opvatte. Ze zag er iets positiefs in. Ik stuurde terug dat ze voor zichzelf eens na moest gaan wat katten en muizen voor haar betekenen. Dat de muis dood was, was van belang, vertelde ik haar, omdat de dood altijd naar een transformatieproces verwijst. Misschien ondergaat ook haar angst een transformatie, net zoals die van mij. Dat wens ik ons beide van harte toe!
Gods wegen zijn ondoorgrondelijk. Hij kan ons cadeaus geven in de vorm van dode muizen waar we vervolgens nog blij om kunnen zijn ook. Niet blij met een dode mus, maar net andersom. Blij met een dode muis. Iets wat op het eerste gezicht waardeloos, zelfs luguber lijkt, blijkt van ontzettend veel waarde te zijn. Laat dat maar over aan de Grote Obserkater.
Wil jij ook eens een healing ervaren? Op zaterdag 17 juni van 13.00 tot 16.00 uur organiseren Ienke Goldewjk en ik een healing inloop bij edelsteenwinkel Karbonkel in Zeist. Je kunt dan zonder afspraak bij een van ons binnenlopen voor een healing van 15 tot 20 minuten voor €15,-. Dode muizen zijn niet bij de prijs inbegrepen, maar je weet natuurlijk maar nooit.
Liever een langere privésessie? Stuur dan een mailtje naar Ienke (ienke@ienkegoldewijk.nl) voor energetische healing of naar mij via info@ararahealing.nl voor een sjamanistische healing. Kijk ook eens op mijn website, www.ararahealing.nl.